Wat moet je doen als je geblokkeerd wordt door een minister? Keihard lachen om zoveel behoefte aan ja-knikkers om hem heen? Of juist wanhopig huilen om diezelfde behoefte aan ja-knikkers om hem heen? Hugo de Jonge is in ieder geval niet de minister van alle Nederlanders; waarop je eigenlijk alleen maar kunt zeggen: UMAR! DAT WIST JE TOCH ALLANG!?
Laat ik voorop stellen dat ik onmetelijk blij ben dat Hugo de Jonge niet meer als leraar op een basisschool fungeert. Jonge breinen moeten ver blijven van dwang en drang, dat krijgen ze al genoeg mee door de islamisering van dit land. Jonge breinen moeten gevoed worden om zelfstandig en kritisch te denken, waar respect voor de ander belangrijker is dan intimidatie en machtsdenken. Dus dat Hugo inmiddels sinds 2017 Nederland een stukje onleefbaarder maakt door ons tegen elkaar op te zetten, door ons te criminaliseren, en als een dwangmatige autocraat zijn zin door te drukken omdat het kan? Laat die man zich wentelen in zijn bijna 8 years of het slechtste dat een mens kan zijn. Elke Nederlander weet dat na de vette jaren de magere aanbreken; die van Hugo staan op de stoep. Ik, wij: wij zijn veerkrachtiger dan een man die bloemschoenen nodig heeft om aandacht te trekken. Ik, wij: wij maken Nederland. Niet een benoemde bloemschoen.
Maar laat ik vooral eens vertellen over de éne ontmoeting met Hugo, in zijn hoedanigheid als minister van Volksgezondheid. Voor een grootse reportage in Libelle, reisden we af naar het Amphia Ziekenhuis in Breda, waar een aantal verpleegsters vragen aan de minister mocht stellen. Superleuk idee, zeker in coronatijd. Het ziekenhuis organiseerde een enorme zaal waar we met zo’n 15 personen makkelijke afstand konden houden, er werden jongere en oudere verplegers gevraagd en iedereen vond het te gek dat de man die de gezondheid zo’n warm hart toedroeg dat hij wél lockdowns, avondklokken en prikken organiseerde maar geen salarisverhoging voor de medewerkers in de zorg doorvoerde, langs zou komen.
Afgesproken tijdstip: geen Hugo de Jonge.
Afgesproken tijdstip plus half uur: geen Hugo de Jonge.
Afgesproken tijdstip plus meer dan een uur: geen Hugo de Jonge.
Uiteindelijk kwam de minister bijna twee uur te laat. De dag ervoor had hij ‘gewonnen’ van Pieter Omtzigt om partijleider te worden en ja allemaal stress want poeh poeh hoho druk druk druk. No worries, we maken er wat van. Wat er toen gebeurde, zal niemand verbazen. Anderhalve meter afstand houden? In een ziekenhuis? Regels gelden voor iedereen behalve de minister. Dus in colonne door de gangen, naar de gereserveerde zaal. Op stand van elkaar zitten waardoor het zwaar ongezellig is in een enorme vergaderzaal? Regels gelden voor iedereen behalve de minister: de tafels werden dichter bij elkaar aan elkaar geschoven, veel gezelliger. Verpleegsters die vragen stellen? Ja leuk idee hoor, moet je alleen niet te maken hebben met een minster die alleen maar zendt, zendt en nog eens zendt. En dan nog een keer. Luisteren naar elkaar? Naar de minister zul je bedoelen! De ingestudeerde zinnen kwamen er als een mitrailleur uit. Zolang de man zich aan een script houdt, komt hij er met zijn anderhalve hersencel prima vanaf – Dilan zou er jaloers op worden. Zodra je de man echter een eenvoudige vraag stelt, in dit geval: ‘wanneer was u voor het laatst privé in het ziekenhuis?’ klapt de man dicht. Een hulpeloze blik naar de voorlichter volgde: wat was het antwoord op die vraag?
Gast. Gozert. Hugo. Het laatste, allerlaatste beetje respect dat ik voor (de werkdruk van) deze man had, verdween na een uurtje in een kamer met Hugo in het Amphia Ziekenhuis.
Dus tja. Blokkeer me de tyfus. Verziek het leven van Nederlanders, eerst van die in de zorg, nu die van woningzoekenden en woningbeleggers. Ga je goddelijke gang, niet omdat het moet, maar omdat het kán. Dat je de titel ‘minister’ draagt, bewijst maar één ding: dat ons staatsbestel een gigantische verandering nodig heeft – en wel zo snel mogelijk.