Als mijn bestie Linda lopend naar Rotterdam Ahoy concludeert dat ik Thomas toch wel de leukste moet vinden, schiet ik in een lach waar ik niet meer uitkom. Hikkend vertel ik over ooit, een ver verleden toen ik nog jong en fruitig voor Libelle schreef. Voor een kerstproductie werd ik met fotograaf Esther naar Paul de Munnik en Thomas Acda gestuurd voor een filmpje een interview. Het waren tijden waarin je nog niet met een iPhone filmpjes maakte, laat staan dat er socials bestonden waar je het daarna opplempte. Mooie tijden. Esther en ik hadden de dag van ons leven in de tot woonhuis en studio verbouwde school waar Paul ons ontving. Welk liedje ik wilde horen, vroegen de heren. Ik koos iets wat niet kon, aldus Thomas want ‘dan kan ik niet meedoen’. Ow ja, ik koos een typisch Paul de Munniknummer, categorie ‘Je bent er nog’. Wat het werd weet ik niet meer, wél weet ik dat ik toegezongen werd, zittend op de vleugel.
‘Dus je vindt Thomas het leukst,’ concludeert Linda. Ho wacht, het verhaal is nog niet af. Na dat dagje Acda en de Munnik kwam ik thuis in Amsterdam en nagenietend op de bank klonk de pieppiep van de Nokia – hoewel het natuurlijk net zo goed de iPhone had kunnen zijn. Fotograaf Esther. Met een zeer prangende vraag: ‘OP WIE BEN JIJ??’.
De jaren gaan voorbij, de troubadours gaan uit elkaar en komen weer samen, nog steeds lopen we trouw de concerten af en blijft de vraag ‘op wie ben jij?’. Herinneringen komen op. ‘Weet je nog dat we kaarten voor Leiden hadden en jij moest afzeggen?’. OMG en of ik het weet. Totaal maar echt totaal geveld door de griep, miste ik een concert van Paul; geloof me daar moet ik halfdood voor zijn. ‘Nog veel erger,’ herinner ik me de gruwel. ‘Zelfs het tweede concert miste ik omdat ik nóg steeds ziek was.’ De absolute horror. ‘En we hebben Thomas nog gezien, in Luxor.’ Schiedam verbeter ik. Het was Schiedam, waar hij samen met Dave Middelhoff en Laura Trompetter Motel speelde. De Munnik zag ik in Dordrecht, Oude Luxor en Bloemendaal. Bloemendaal was een must, een absolute must. Het was 2016, ik was net ‘bevrijd’ uit Turkije, anderhalve maand terug in Nederland en zocht hysterisch naar m’n oude vertrouwde normaal dat niet meer bestond. Wat er wel nog was: muziek. In 2016 bestond de cd nog en De Munniks NIEUW was de enige CD die mee was naar Turkije – die CD ligt er trouwens nog steeds. NIEUW galmde dag en nacht door mijn oortjes en de autoradio, rijdend door Turkije, wanhopend of ik ooit nog thuis zou komen. NIEUW was wat er op me wachtte, elk nummer op de cd raakte. Gister nog – was het leven normaal maar het komt eraan – het nieuwe normaal en dan was er ook nog opeens overal die ene. Ik weet nog dat ik de auto aan de kant zette, op mijn telefoon checkte wanneer De Munnik in Rotterdam zou optreden. Ik moest iets hebben om naar uit te kijken in Turkije, iets dat me vasthield aan mijn eigen leven zoals het was en weer moest zijn. Februari 2017 verscheen op mijn scherm. DAN PAS?! schrok ik. Alsof dat de datum zou zijn waarop ik pas vrij zou raken. Ik stuurde een app naar Paul met WTF, FEBRUARI?! ‘Ja nou ja ik dacht tegen die tijd ben je wel weer terug’ kwam de per piep-piep kerende reply. De relativering maakte dat ik moest lachen, in mijn eentje in de auto ergens langs de kant van de weg in Turkije tijdens ballingschap. Hoop. Februari dus. Maar het werd Bloemendaal, proberend normaal te doen terwijl ik stijf stond van PTSS.
Inmiddels zijn we jaren verder en memoreert Linda dat we AEDM natuurlijk al jaren zien bij Vrienden van Amstel ‘en ook het HIER Festival, remember?’. Zeker. En Ziggo uiteraard vorig jaar; Linda nog op Scheveningen. ‘Het zou zo leuk zijn als ze weer een theatertour zouden doen,’ zegt ze. OMG De Kleine Komedie, weet je nog? En Carré, uiteraard Carré.
Na een avond Ahoy’ besef ik wat muziek en dan vooral Acda en de Munnik met me doen. Muziek herinnert aan een geleefd leven. Herinneringen vormen een ketting van emoties, herinneringen aan de nonchalance van het leven (‘ik morste met mijn tijd’ zou De Munnik zingen). Ik ben op niemand, niet op Acda en ook niet op De Munnik. Ik ben ze dankbaar, al eeuwig dat ze onder woorden kunnen brengen wat ik blijkbaar zelf niet eens kan. Zolang Acda en de Munnik optreden, zal ik blijven komen. Tenzij ik in ballingschap verkeer of doodziek ben 🙂