M’n wereld is kleiner geworden.
Letterlijk en figuurlijk.
De afstanden die ik overbrug zijn overzichtelijk – het liefst blijf ik binnen een straal van 10 kilometer van mijn huis.
De mensen met wie ik omga, hou ik dicht bij me. Niet alleen qua buren maar ook qua vrienden. Ik ben open maar degene die dichtbij mogen komen, zijn beperkt.
Mensenmassa’s vond ik altijd al onprettig maar zette ik me, in het kader van ‘werk’ overheen. Nu mijd ik ze waar mogelijk – en het is best mogelijk.
Als ik tegen vreemden praat, omdat het vrienden van vrienden zijn of omdat ik word aangesproken, valt me op dat ik open ben. M’n angst voor vreemden kan in het niets oplossen mits ik maar in het juiste gezelschap ben.
Mijn geduld is minder, maar ook meer.
Hou ik van, is mijn geduld eindeloos.
Ken ik je net, ben ik een autistische Forrest Gump.
Mijn autisme is gereset.
Mijn natuurlijk afkeer voor alles wat anders, niet vertrouwd en vooral geen routine is, heeft een opdonder gekregen. Alles is anders en inmiddels duurt dat anders al zo lang dat het bijna weer routine is geworden.
Het voordeel van ouder worden, is dat je mechanisme begrijpt. Als iemand vriendelijk is, hoor je vriendelijk terug te doen – je moet autistjes leren spiegelen. Als iemand iets vraagt en je moet converseren, herhaal de vraag. Ik ben geen échte autist, ik heb niets met getallen – data, tijdstippen of geld – ik heb ook geen dwangneuroses maar hey, noem het maar geen dwangneurose, elke dag dezelfde dingen (niet) doen.
Ik ben trots op mezelf.
Voor het eerst in m’n leven.
Nee, ik was geen patiënt die ziek was maar ik was het wél.
Ik ben het nog steeds.
Het trauma van het landarrest, zal ik de rest van mijn leven met me meeslepen – tenzij zich nog een ander trauma voordoet waardoor dit naar de achtergrond verdwijnt. Zoals gebeurde met het trauma dat ik aan de moord op Theo van Gogh heb overgehouden. Twee keer is mijn leven gereset, twee keer ben ik er niet aan onderdoor gegaan, twee keer ben ik er sterker uitgekomen.
Maar het verdriet is verdubbeld.
Tolerantie verminderd.
Het hoort erbij.
Ouder worden brengt acceptatie met zich mee: dit is het. Het punt waar je je heen hebt geworsteld. Het punt waarvandaan je verder moet. Gaat. Je kunt niet in je trauma blijven leven hoe comfortabel het soms ook lijkt. Gelukkig is het trauma nooit ver weg; op de meest idiote momenten kan het oplaaien. Het is een oprisping. Bij het horen van een zin (‘alles is anders’), bij de confrontatie met een datum.
Vandaag is het 23 april.
Drie jaar geleden werd ik dankzij een stel klikturken van mijn Turkse bed gelicht. Mijn afkeer en intense haat ten opzichte van vrijheidminachtende Nederturken is niet minder geworden.
Tegelijkertijd heb ik dankzij diezelfde losers mijn leven dusdanig mogen resetten, dat ik er alleen maar gelukkiger van ben geworden. Mijn kleine wereld, met iedereen die zich daarin bevindt, is de beste. En de aanstaande stap, die verhuizing naar de rest van mijn leven heet, is doodeng. Maar daarom niet minder fantastisch.
Ik ben wie ik ben dankzij jullie.
Allemaal.
Dank jullie wel.